07-09-2015
Vroeg of laat, vaker vroeg dan laat, komt iemand met het lumineuze idee ‘laten we eerst een pilot doen’. De aanwezigen slaken een hoorbare zucht van verlichting: een pilot, natuurlijk! Dan kunnen we op kleine schaal ervaring opdoen, ‘laaghangend fruit’ plukken en de ‘lessons learned’ gebruiken om het vervolg succesvoller te laten zijn! Tevreden verlaat een ieder de vergadering.
Stel dat je een idee hebt, een mogelijke oplossing voor een probleem, en je vraagt je oprecht af of dit in de praktijk gaat werken. Een pilot uitvoeren kan dan een goede manier zijn om de werking en haalbaarheid van je oplossing in de praktijk te testen.
In de praktijk worden pilots echter met regelmaat gestart om hele andere redenen. Geen draagvlak voor een volwaardig project en dan maar onder de radar gaan opereren met een pilot is een veelvoorkomende. En dan hopen dat er door het doen van een pilot op mysterieuze wijze iets verandert. Dat gebeurt zelden.
Waar moet je op letten bij de overweging om een pilot te starten?
De keuze voor wel of geen pilot is een inhoudelijke keuze, maar ook een keuze op het vlak van communicatie. Een pilot suggereert immers dat het een test is, een proef, iets dat kan mislukken, iets dat mogelijk geen vervolg krijgt. Het suggereert, en dat is voor velen ook een veilige gedachte, dat men na de pilot nog altijd kan besluiten om er mee op te houden. Houd daar rekening mee als je een pilot wilt uitvoeren als eerste fase van een project. Wellicht dat de term pilot dan niet de beste is.
Bezint eer ge begint. Uiteraard.
Jonas is partner bij Zorgverbeteraars. In de dagelijkse praktijk helpt hij zorginstellingen met het inzetten van ICT en data om primaire processen te ondersteunen en de kwaliteit van zorg te verbeteren. Hij schreef een aantal boeken waaronder ‘Kwaliteit verbeteren in de zorg’.
Meer over Jonas RubrechDe nieuwe wetswijziging Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) staat voor de deur en brengt ingrijpende veranderingen met zich …
Lees meer