Op bezoek bij Greet Veltman
Greet Veltman is 94 en, zo vermeldt haar LinkedIn-profiel, op een missie om de zorg te verbeteren. Daar moesten wij natuurlijk meer van weten. En dus vertrokken we naar Hoorn om te kijken wat wij van haar kunnen leren.
Bij binnenkomst worden we vrolijk begroet door hondje Wendy. We tellen in het flatje twee laptops, een smartphone en een tablet. De eerste vraag, nog voor we aan tafel zitten, komt van Greet zelf: “Wil je de waarheid horen?”, vraagt ze met een onmiskenbaar Amsterdamse tongval. Natuurlijk willen we dat. En koffie willen we ook wel. Terwijl Greet de koffie opschenkt begint ze te vertellen. Over dat ze zes jaar geleden bij een medisch specialist kwam en dat hij helemaal geen gegevens van haar bleek te hebben, “Waar kom je voor?, vroeg ‘ie”. Eenmaal thuis besloot ze al haar medische gegevens op te vragen en naast elkaar te leggen. Wat bleek? Al jaren eerder was door een medisch specialist per brief aan de huisarts het advies gegeven om haar medicatie af te bouwen, dit was zonder vervolg gebleven. Jarenlang had deze medicatie voor ‘onverklaarbare’ klachten gezorgd, met onnodige doktersbezoeken, dure onderzoeken en andere medicatie tot gevolg. Het idee van de gezondheidspas was geboren.
Intussen komt de koffie op tafel; “Zeg even of ‘ie te drinken is”. Wij geven aan dat we veel in ziekenhuizen komen en dus wel wat gewend zijn wat koffie betreft. “Ja, dat kan wel zijn, maar ik wil wel gewoon goeie koffie serveren.”
De gezondheidspas begon als een papieren klapper waarin allerlei gegevens netjes gerubriceerd werden. Aandoeningen, allergieën, bloedgroep, medicatie en namen en contactgegevens van alle betrokken behandelaars (“Dat is toch handig?!”). Inmiddels heeft Greet dit volledig uitgewerkt in OneNote. De volgende stap zou een Gezondheidspas moeten zijn die iedereen bij zich kan dragen en waarop al deze gegevens beschikbaar zijn.
Daarmee begon het avontuur. Ze schreef brieven naar de koningin en andere leden van het koninklijk huis, naar potentiële investeerders en naar de minister. En met resultaat: een brief aan Karen van Ruiten (Institute for Positive Health) werd gedeeld op LinkedIn, waarop Joris Arts zorgde voor een uitnodiging in de Tweede Kamer. Ze kwam in contact met prinses Laurentien en haar Number 5 Foundation, werd geïnterviewd door ICT&Health, werd actief in een Burgerberaad en in 2019 zelfs uitgeroepen tot Zorgheld.
Op verschillende laptops, op haar smartphone, in mapjes en in lijstjes, er komen allerlei foto’s tevoorschijn. Met Ernst Kuipers, met prinses Laurentien, met Erik Gerritsen en met een bekende rapper (“Althans, dat zegt mijn kleinzoon”). “Ja, ik ken alleen maar bobo’s”, lacht Greet. “laatst kwam ik ook nog ergens Jeroen Hoencamp tegen, de bestuursvoorzitter van Vodafone/Ziggo, die heb ik meteen even aangesproken op de wifi, want dat moet ook beter.”
En zo probeert Greet bestuurlijk Nederland te bewegen tot vooruitgang. “Ik ben een beetje het ideeënvrouwtje, zo heb ik de Tweede Kamer nog voorgesteld om in Estland te gaan kijken want daar zijn ze al veel verder met het uitwisselen van medische gegevens”.
Inmiddels wordt breed ingezet op de Persoonlijke Gezondsheidsomgeving (PGO). Eigenlijk is de Gezondheidspas een PGO ‘avant la lettre’. “Maar ik wilde het in één, nu is het weer versnipperd. Het zijn er nu dertien, moet het zo moeilijk zijn?”, vraagt Greet zich af, “En lang niet volledig”.
In het integraal zorgakkoord is de doelstelling geformuleerd dat in 2026 iedereen digitaal toegang heeft tot zijn of haar eigen dossier. We vragen Greet of ze denkt dat dit haalbaar is; “Nee, dat is veel te snel. Mensen weten er nog helemaal niets van en dan willen ze het ook niet. Bovendien kan ook niet iedereen dit.”
We zijn ook nog wel benieuwd of ze ervaring heeft met andere vormen van digitale zorg. “Ja, de thuiszorg heeft zo’n dingetje, maar dat vind ik prut, maar ja wie ben ik hè? Ik kan er zelf eigenlijk helemaal niks in, alleen maar zien wat zij vinden wat belangrijk is. En het is alleen de informatie van de thuiszorg, er staan geen dokters bij, het is niet compleet”.
En videoconsult? “Een deel van de dokters in het ziekenhuis en de huisarts willen niet beeldbellen. Waarom niet? Dat is toch hartstikke handig?”
Robots in het ziekenhuis ziet ze ook wel voor zich: “Dat is toch handig? Die kunnen dingen van de ene naar de andere afdeling brengen of de vloer schoonmaken, scheelt weer een hoop tijd. En ze kunnen bijvoorbeeld muziek maken met kinderen.”
Maar Greet beperkt zich niet tot digitale zorg. Haar laatste brief naar Ernst Kuipers ging er over dat de verpleging meer tijd moet krijgen. En ook maakt ze zich kwaad over verspilling van zorggeld aan bijvoorbeeld een nieuwe huisstijl voor een zorginstelling (“Het was blauw en toen moest het ineens lichtgroen, wat kost dat allemaal wel niet?”). “Er wordt veel vergaderd over wat zullen we doen en hoe zullen we het doen, daar gaat veel tijd en geld aan verloren.”
De energie en passie zijn aanstekelijk. “Eigenlijk wil ik nog een boek maken met alles wat ik heb meegemaakt de afgelopen jaren tijdens dit avontuur.”
We maken nog een selfie en bedanken Greet voor de koffie en het inspirerende gesprek. We rijden terug over de Afsluitdijk en vatten de bevindingen nog eens samen: het landschap aan digitale omgevingen voor patiënten is te versnipperd en het PGO-landschap zet die trend helaas voort. Digitale omgevingen gaan nog te zeer uit van het perspectief van de zorginstelling in plaats van dat van de patiënt, wat blijkt uit het ontbreken van toegevoegde waarde voor de patiënt (zoals een hele praktische lijst met contactgegevens van alle betrokken zorgverleners) en het feit dat een dergelijke omgeving voor patiënten vaak niet meer is dan een kijkdoos met informatie zoals die door de zorginstelling relevant wordt geacht, in plaats van dat patiënten een actieve deelnemer zijn in hun eigen gezondheidsomgeving.
En misschien is Greet eigenlijk wel de uitvinder van de PGO, al zullen ze dat bij VWS niet snel toegeven.